Onze dirigent Frans Buelens

Met een nooit aflatend entoesiasme dirigeert Frans Buelens Sint Rumoldus en zwaait zijn stokje doorheen de goede en de kwade dagen, reeds sedert 1961.

Reeds op tienjarige leeftijd ging hij naar de muziekacademie van Laken en studeerde er trompet bij Franz Wangermée. Op veertienjarige leeftijd behaalde hij de Eerste Prijs en de Regeringmedaille. Daarna zette hij zijn muziekstudies voort aan het Brussels Conservatorium.

Na eerste prijzen voor notenleer en trompet in de wacht te hebben gesleept volgde hij bij René Defossez een opleiding tot dirigent.

Als vanzelfsprekend werd hij opgenomen bij de Muziekkapel van de Luchtmacht waar hij eerst de trompet en daarna de bastuba bespeelde. Hij bleef er tien jaar, speelde in binnen- en buitenland en werd tijdens deze periode ook regelmatig uitgenodigd om als vervangende bastuba op te treden met het Nationaal Orkest van België, vooral bij grote gelegenheden.

Toen hij bericht kreeg dat hij zou overgeplaatst worden naar Duitsland, zinde hem dat niet erg. Hij was toen pas getrouwd, gaf les in 2 muziekscholen en dirigeerde 4 fanfares.

Hij stapte uit de professionele muziekwereld en leidde vanaf dan werkelijk een dubbel leven : overdag zijn werk in de bank en 's avonds en in het weekend de muziek.

Mocht hij tijd hebben, Frans Buelens zou ook een succesvol componist zijn. In 1975 componeerde hij de "Agoramars" en behaalde daarmee de Eerste Prijs Jonge Componisten van de Federatie Brabant. Hij was niet weinig verrast toen hij deze mars enkele jaren later hoorde spelen bij de televisiereportage van een voetbalmatch in München.

Muziek is voor hem meer dan een hobby, het is een werkelijk deel van zijn leven, waarin hij tijdens elke herhaling, tijdens elk gesprek iedereen met overtuiging tracht te betrekken.

Frans Buelens is ook meer dan onze dirigent, hij is onze bezieler en vriend, de vader van het grote gezin, waarin hij met oneindig geduld en diplomatie de harmonie weet te bewaren.

Hij blijft zichzelf ook voortdurend heruitvinden, en weet ons steeds verder te motiveren om de kwaliteit van de uitvoeringen en de moeilijkheidsgraad van de stukken te verhogen.